Het klinkt soms haast magisch: een zegen ontvangen. Alsof het dan vanzelf een beetje beter gaat. Maar dat is natuurlijk niet waar. Er gaat niets vanzelf, en zeker de zegen niet.
Wanneer God ons zegent, verbindt Hij zich aan ons. Hij belooft ons aandacht te geven, liefdevol en trouw. En dat zijn meer dan mooie woorden: Hij doet het ook echt.
Tegelijk verwacht Hij van ons een passende reactie. Zijn zegen is geen loos gebaar; dan mag onze manier van ontvangen ook niet oppervlakkig blijven. Gods zegen is een uitnodiging om ons aan Hem toe te vertrouwen, ons aan Hem te verbinden zoals Hij zich aan ons verbindt.
Zo hebben de leerlingen van Jezus het ervaren als een groot geschenk, toen hun Heer hen bij zijn afscheid zegende. Dat was meer dan een vriendelijke beleefdheid. Het was de toezegging dat Hij hen ook vanuit de hemel zou bijstaan. Het gaf de leerlingen de moed om in de Geest van Jezus te blijven spreken. En ze werden daarin niet teleurgesteld. Hij was er bij!
In dat geloof wil ik u zegenen, nu ik op deze plaats voor het laatst mijn bijdrage lever. Ik zeg u toe dat ik ook vanuit mijn nieuwe woonplaats het goede voor u zal zoeken. Ik zal voor u blijven bidden dat God u genadig zal zijn. En ik zal me er ook zelf naar vermogen voor blijven inzetten. Dan blijven we in Christus Jezus aan elkaar verbonden. Samen onder Gods zegen.
Kornelis Harmannij
De oorsprong van Pasen ligt in een gebeuren van meer dan 3000 jaar geleden. Een allochtone bevolkingsgroep die door de autochtone bewoners werd geminacht en als slaven uitgebuit, werd door God in de hemel uitgekozen om zijn volk te zijn. Zo ontstond Israël. Uit de Egyptische duisternis bracht God hen over naar het licht van de vrijheid.
Ruim duizend jaar later kleurde Jezus dit Paasfeest verder in. Hij koos deze gedenkdag uit om in Jeruzalem te verschijnen en zijn vijanden de gelegenheid te geven om te doen wat ze al zo lang hadden willen doen: Hem oppakken en doden. Zo verplaatste Hij zich in dat oude slavenvolk. Hij liet toe dat Hij werd gekruisigd en in duisternis het leven verloor.
Je vraagt je af welk doel dat dient. Zelfs zijn eigen leerlingen snapten er niets van. Totdat Jezus enkele dagen later weer levend voor hen stond. Toen brak het licht door: Hij deed dit voor ons!
Want die duisternis, dat zijn wij. Onze wereld vol misbruik en onrecht. Wij zijn het die God hebben weggeduwd, elkaar wegduwen, en zo onze eigen ondergang tegemoet gaan. Als God het niet verhoedt.
Gelukkig verhoedt Hij het wel. Hij belooft alles nieuw te maken. Daarom liet Hij zijn Zoon verrijzen uit de donkere dood. Want ieder die in Hem gelooft, mag volgen. Zo wordt Pasen het feest van de hoop: alle duistere plannen gaan voorbij, maar Gods bevrijdend Licht zal eeuwig schijnen.
Kornelis Harmannij
Het voelt een beetje dubbel, zeggen we dan. Ergens ben je er blij mee, maar je ziet ook de risico’s. Voor de één is het een verbetering, voor de ander een bedreiging. Ontwikkelingen zijn bijna nooit alleen maar goed of alleen maar slecht.
Nee, ik noem even geen voorbeelden. Die kunt u zelf wel bedenken. Want je komt het overal tegen. Dan worden er keuzes gemaakt of er gebeuren dingen waarvan je denkt: moet ik hier nou blij mee zijn of niet? Het voelt zo dubbel.
Ik merk het ook als ik naar mezelf kijk, naar wie ik ben en wat ik doe. Ik ben dankbaar voor zoveel wat God me gaf. Tegelijk schaam ik me voor wat fout ging, en waar ik mezelf en anderen tegenviel. Een blik in de spiegel is nooit alleen maar positief of negatief. Het is altijd wat dubbel.
Wonderlijk genoeg is die dubbelheid er ook in Gods bestuur. Hij zegt dat Hij alles aankan. Toch gebeuren er veel dingen waar Hij echt niet blij mee is. Ook wij hoeven dus niet alles goed te praten, gelukkig niet. Vraag God liever om je van alle zorgen te bevrijden. Hij zal het graag doen.
Het kruis van Jezus wil ons daarvan overtuigen. Want als er iets dubbel was, dan toch wel dat: verschrikkelijk wat mensen Hem aandeden, maar geweldig hoe God het gebruikt om de wereld te redden. Zo lost Hij de dubbelheid op. Het kwaad wordt veroordeeld, want Gods goedheid overwint.
Kornelis Harmannij
De één heeft stress omdat hij vanwege het voortdurend thuiswerken de uitdaging mist, en het contact met collega’s; de ander heeft stress omdat hij niet mag thuiswerken, en collega’s telkens te dichtbij ziet komen. Sommigen zijn gestrest omdat ze het in deze tijd extra druk hebben; anderen zijn gestrest omdat ze al maanden vrijwel niets hebben kunnen doen. Verder leveren de corona-maatregelen niet alleen stress op bij wie er onder lijdt, maar ook bij wie ze moet handhaven.
Hebben gelovige christenen geen last van stress? Was het maar waar! Wel hebben christenen bij zichzelf een belangrijke oorzaak ontdekt van stress: het irreële verlangen om zelf zo sterk te zijn dat je God niet nodig hebt. Want zie dat maar eens vol te houden! Het veroorzaakt een continue angst om te falen, angst voor eenzaamheid maar ook voor te grote drukte, angst dat je wordt doorzien maar ook angst dat je niet gezien zou worden, angst voor de dood maar ook angst voor het leven. Kortom: stress.
Wie tot God terugkeert, is dat niet meteen kwijt. Maar we leren van Christus Jezus, hoe die zich begaf in onze gestreste wereld. Dat liet Hem niet onaangedaan. In het zicht van het kruis was Hij bepaald niet stoer. Als een bang kind vluchtte Hij naar zijn Vader. Maar wonderlijk: daar vond Hij vrede. Het vertrouwen op God hielp Hem om het leven los te laten en de dood te overwinnen. Want God sleepte Hem er doorheen.
Kornelis Harmannij
Nog nooit waren kinderen en tieners zo enthousiast bij het idee weer naar school te mogen gaan. Want thuis leren? Dat is eventjes leuk, maar daarna vooral saai.
Het weer werkt ook al niet mee. De wintermaanden kennen veel grauwe dagen. Soms heb je het gevoel dat het hele leven een saaie boel geworden is.
We kijken dus uit naar de lente, als het wat vrolijker wordt. En de zomer, als hopelijk alles weer mogelijk is. Wat zullen we blij zijn, als we eindelijk weer gewoon naar de kerk kunnen!
Zou het? Want vonden we voorheen ook kerkdiensten niet vaak saai? En zullen we dat na verloop van tijd niet opnieuw zeggen? Alles wat nieuw is of wat je een tijd hebt moeten missen, is spannend en mooi. Maar na verloop van tijd went het weer.
Ik ontmoet mensen die daarom zelfs niet verlangen naar een eeuwig leven. Want een eindeloos leven, dat klinkt best wel saai.
En ze hebben gelijk. Tenminste, als je God er buiten houdt. Want er is maar één ding dat nooit verveelt: het kennen van God, en het beleven van zijn goedheid in Christus Jezus. Zonder Hem hoeft voor mij het eeuwige leven ook niet. Maar met het zicht op Gods hemelse trouw zal ik me nooit vervelen.
Het leuke is: daar mag je vandaag al mee beginnen. Laat je boeien door Gods Geest. Dan wordt het leven weer de moeite waard. Dan wordt zelfs een kerkdienst een hoogtepunt.
Kornelis Harmannij
Elke keer denk je dat het niet erger kan, en elke keer gebeurt het toch. Het lijkt zelfs alsof we eraan wennen. In het begin schrik je nog, maar later denk je: toe maar, dit kan er ook wel bij.
Ik heb het natuurlijk over Corona, met alle maatregelen daaromheen. Maar het geldt evengoed voor andere problemen thuis of op het werk of waar ook maar. Steeds het gevoel dat we aan het verliezen zijn. Het wordt alleen maar erger, hoor je dan.
Als ik Gods woorden goed begrijp, konden we dat ook wel verwachten. Het kwaad in de wereld is een steeds verder doorvretende macht. De dynamiek van de duivel is dat hij er graag nog een schepje bovenop doet. Inderdaad, als het aan hem ligt, wordt het alleen maar erger.
God zelf werkt anders. Hij laat het kwaad zijn gang gaan, tot het vastloopt in zijn eigen dwaasheid. En dan opeens, als eigenlijk niemand er nog op rekende, komt onze God met een wonderlijke, ongedachte vorm van bevrijding.
Jezus liet het zien als Hij mensen genas: na een lang ziekteproces opeens volledig hersteld! En natuurlijk liet Hij het vooral zien in zijn eigen levensweg: steeds meer tegenwerking, uiteindelijk zelfs veroordeeld en gekruisigd. En dan opeens: levend en wel, op weg naar de hemel.
Dus ja, reken er op dat het steeds een graadje erger wordt. Maar zolang God leeft, breekt ook telkens zijn dag door. Tot eenmaal de grote Dag, wanneer alles goed komt.
Kornelis Harmannij
Er is licht aan het einde van de tunnel! Fijn, maar we zitten nu nog in het donker. Hoe kan ik voorkomen dat ik onderweg toch nog omval?
Misschien is het dat je uitkijkt naar de dag dat je schulden zijn weggewerkt. Of naar het moment dat de corona-maatregelen worden opgeheven. Of als je na een ernstige ziekte weer begint op te krabbelen. En waar we als christenen vooral naar uitkijken: dat Christus Jezus zal komen om alles recht te zetten. Ooit wordt het goed! Maar wat moet ik nu, zolang ik nog ploeter in de donkere tunnel?
Daarom is het zo mooi dat God in de Bijbel niet alleen beloften geeft voor de toekomst, maar ook laat zien hoe Hij in het verleden al mensen vooruit hielp. Het mag ons ervan overtuigen dat Hij ons vandaag niet in de steek laat.
Je ziet dat vooral aan Jezus zelf. Hij is niet de persoon die ons aan een lichte hemelpoort staat op te wachten; Hij heeft ons opgezocht in de situatie waarin we nu leven. Hij is zelfs voor ons de donkere tunnel van de dood binnengegaan, om er levend weer uit te komen.
Het effect is wat wij noemen: de heilige Geest. God geeft hier en nu houvast door zijn woorden en daden. Hij geeft ons zekerheid dat Hij ons in liefde wil dragen en verdragen. Dat houdt Hij vol tot de dag aanbreekt. De God van het licht kent jou ook in het donker.
Kornelis Harmannij
We hopen allemaal dat het komende jaar beter wordt dan het vorige. Het vaccin komt er aan! En nu maar hopen dat het werkt. En dat genoeg mensen bereid zijn om zich te laten vaccineren. En dat het nog op tijd is om een derde dodelijke golf te voorkomen. En dat er niet een nieuw virus opduikt waar dit vaccin niet voor helpt.
We hopen, we hopen, bijna tegen de klippen op. Want het blijft natuurlijk onzeker. Geen mens die weet welke verrassingen ons nog te wachten staan. Met wat voor nieuwe problemen krijgen we dit jaar te maken? We hopen maar dat het meevalt.
Nu is ‘hoop’ ook een kernwoord uit het christelijk geloof. Geloof, hoop en liefde, weet u wel? Met die woorden is iets bijzonders aan de hand. Als je ze los gebruikt, hebben ze nauwelijks zeggingskracht. ‘Ik geloof het wel’: dat klinkt niet overtuigend. ‘Ik hoop het’: dan weet je nog niks. ‘Liefde’: een leuke droom tot ie uiteenspat.
Pas in de verbinding met God worden deze woorden sterk. We kennen Gods liefde, bewezen in zijn Zoon, Christus Jezus. En dus geloven we rotsvast in Hem. En zo hopen we ook op Hem: Hij komt zijn beloften na. Gods regering kent geen missers. Hij weet wat Hij wil en Hij kan het doen.
Daarom blijven wij hopen, zeker. Zelfs op dat vaccin. We ontvangen het vol vertrouwen uit de hand van God. Want op Hem hebben wij al onze hoop gevestigd.
Kornelis Harmannij
Het afgelopen jaar wordt al een verloren jaar genoemd. Zoveel plannen die niet door konden gaan, zoveel activiteiten die werden stilgelegd, zoveel waardevols dat misschien nooit meer terugkomt.
Speciaal wordt wel gesproken over een verloren generatie onder de jongeren. Want juist als je jong bent, heb je unieke ervaringen in werk en relaties, die je je hele leven bijblijven. Maar wat als die ervaringen een groot leeg gat zijn? Je kunt dat later moeilijk meer inhalen.
Het klinkt daarom misschien merkwaardig als Jezus leert om ons leven te verliezen (je leest dat bijvoorbeeld in Marcus 8:35). Toch blijkt het telkens waar te zijn: wie wanhopig probeert om alles overeind te houden, merkt telkens dat het hem niet zal lukken. Maar wie het overgeeft aan God, wordt door Hem verrast met een leven van blijvende waarde.
Jezus heeft daarvan zelf het bewijs geleverd. Toen Hij als vroege dertiger werd geëxecuteerd, leek Hij verloren. Zijn leven, zijn reputatie, zijn volgers, alles weg. Toch zeggen wij vandaag dat van niemand het bestaan zo waardevol is geweest als dat van Hem. Want het leven dat Hij verloor, werd door zijn hemelse Vader weer opgeraapt en voor eeuwig vastgezet.
Laat het voorbije jaar dan voor onze beleving een verloren jaar zijn. Aanvaard dat verlies en houd je lege handen open voor God. Want Hij gaat onbelemmerd door op weg naar zijn Rijk. Hij laat geen jaar, zelfs geen dag, verloren gaan. Wie bij Hem aanhaakt, mag blijvend delen in die winst.
Kornelis Harmannij
Het ziet ernaar uit dat het een stille Kerst zal zijn dit jaar. Geen grote zangavonden of koorconcerten. Geen uitgebreid kerstdiner met vrienden en familie. Hooguit met een paar mensen naar de kerk.
Noem dat gerust een gemis. Want het was niet echt een ‘stille nacht’, toen Jezus geboren werd. Een hemels leger van engelen zong in het buitengebied van Betlehem over ‘Eer aan God’. Terecht dus als er juist rond Kerst veel gezongen wordt. En jammer wanneer dat nu niet kan.
Ook het organiseren van een kerstdiner past bij de stijl van Jezus. De verhalen die Hij vertelde, eindigen nogal eens met een feestmaal. Zelf was Hij vaak op feestjes te vinden. Of beter: overal waar Hij kwam en werd geloofd, daar werd het feest.
Helaas was dat feest niet algemeen. Mensen roddelden over die feestende Jezus. Zelf deden ze er natuurlijk niet aan mee. Zij zouden die Zoon van God wel even leren hoe het in deze wereld toegaat. Ze maakten het voor Hem tot een hel van afwijzing.
Het blijft een eeuwig wonder dat Jezus zich toen niet terugtrok, maar voor deze wereld door het vuur ging. Ja, daar mag je stil van worden, van zoveel liefde.
Zo mogen we in deze tijd van stilte de juiste orde weer ontdekken. Niet wij maken Kerst, maar Kerst maakt ons. Laat je nu in alle rust volstromen met dankbaarheid voor Christus’ komst. Dan zijn we straks, als het weer kan, niet meer te houden!
Kornelis Harmannij